gebieden

Groot Begijnhof en Parade

Op de huidige Parade bevond zich sinds het einde van de 13e eeuw het Groot Begijnhof. Het was bestemd voor ongehuwde vrouwen die ervoor kozen een religieus leven te leiden. De begijnen legden een tijdelijke gelofte van gehoorzaamheid af, maar geen gelofte van armoede zoals bij kloosterlingen. Ze voorzagen in hun eigen onderhoud met het geven van onderwijs of handwerken. 


Het Groot Begijnhof rond 1645 op de kaart van Silva Ducis Gallis Bois le Duc German sHartogen Bos.

Stadje binnen de stad

Eind 13e eeuw wordt het al genoemd in de archieven. Oorspronkelijk woonden enkele begijnen samen in een huis nabij de huidige Choorstraat. Daaruit heeft zich waarschijnlijk het Groot Begijnhof ontwikkeld.Het was veel groter dan de huidige Parade, het liep helemaal door tot aan de Binnendieze bij de Papenhulst en de Triniteitstraat. Hoeveel begijnen er woonden is niet helemaal zeker maar volgens een haardentelling uit 1526 woonden er toen zo’n 160 vrouwen in kleine huisjes.

Het begijnhof was volledig ommuurd, het leek eigenlijk wel een stadje binnen de stad. In 1274 werd het zelfs een zelfstandige parochie met een eigen kerk, de Sint-Nicolaaskerk. Om die kerk heen lag het eigen kerkhof van de begijnen. Na de verovering van de stad in 1629 mochten ze hier blijven, maar de overheid liet geen nieuwe vrouwen toe. In 1694 stierf de laatste begijn.


Plattegrond van het Groot Begijnhof rond 1545 op basis van kaart Jacob van Deventer.


Luchtopname van Parade in 2016.

Archeologisch onderzoek

Een grote stadsbrand in 1419 legde ook het Groot Begijnhof deels in de as waarna veel huisjes en ook de kerk opnieuw moesten worden opgebouwd. Archeologisch onderzoek (in 2007 en tussen 2011 en 2014) van de Parade toonde aan dat er nog aardig wat resten van huisjes en de grote muur bewaard zijn gebleven. Ook de brandlaag uit 1419 is teruggevonden. Bij dit onderzoek werden ook twee vermoedelijke ingangen in de ommuring gevonden.

Archeologische opgraving op de Parade

Exercitieplaats

Alle gebouwen werden kort na 1700 gesloopt en het terrein veranderde in een exercitieplaats voor militairen. Vandaar de naam Parade, nu een archeologisch monument.


Militair defile door het Regiment wielrijders in 1932. (Bekijk op Beeldbank Erfgoed 's-Hertogenbosch)


Militaire en burgerlijke autoriteiten staan in de houding, 1932. (Bekijk op Beeldbank Erfgoed 's-Hertogenbosch)


De Parade in 2016. (Bekijk op Beeldbank Erfgoed 's-Hertogenbosch)

Herinneringen aan de begijnen

Op deze plek zijn nog herinneringen aan de Bossche begijnen te vinden: een grafsteen (van begijn IJken Goeyaert Haubrakensdochter) werd geplaatst aan de voet van het standbeeld van Sint-Jan de Evangelist. Bij de herbestrating van de Parade begin 2012, kreeg de grafsteen een nieuwe plek achter de hekken aan de zuidkant van de Sint-Jan. Ook ligt er ligt nog een grafsteen in de hoek van het transept en het schip. Hier liggen de begijnen Joestken van Beest en Alijt van Berkel begraven. Meer weten? Lees dan het verhaal 'Herinneringen aan de eigenzinnige begijnen'.

Meer over

pleinen religie

Ook interessant