Zoeken in het Bosch' Protocol

Het schepenprotocol van ’s-Hertogenbosch is onderdeel van het oud-rechterlijk archief van ’s-Hertogenbosch. Het zijn registers van vrijwillige rechtspraak, bijna onafgebroken bewaard vanaf 1367 tot 1811. In het zogenaamde Bosch' Protocol zitten concepten en minuten van contracten, bekrachtigd voor de schepenen van ’s-Hertogenbosch.

De schepenbank bestaat vanaf 1184. Zij bestond oorspronkelijk uit vijf, sinds 1260 uit zeven en sinds 1525 uit negen leden. Ieder jaar op 1 oktober (Bamis) begonnen de nieuwe leden.

Vanaf 31 maart 1662 buigen zicht zeven schepenen over de criminele zaken, vijf schepenen over de civiele en pachtersprocessen. Twee schepenen zorgen voor het opmaken van de akten van vrijwillige rechtspraak.

Een griffier helpt de schepenen bij de criminele rechtspraak. Voor de vrijwillige rechtspraak zijn er secretarissen. Een aantal gezworen klerken houdt de rol (agenda) bij.

De hoogschout houdt zich bezig met criminele feiten binnen Stad en Meierij begaan. De laagschout met alle civiele zaken binnen de Stad en Vrijdom.

De belangrijkste taak van de schepenen was rechtspreken: de schepenen bepaalden wat recht was bij overtreding van de rechtsregels, bij ruzies tussen partijen en bij het passeren van akten.

De bevoegdheid van de schepenen van ’s-Hertogenbosch was uitgestrekter dan het grondgebied van de huidige gemeente. Daarom zitten er in de protocollen niet alleen akten die gaan over ’s-Hertogenbosch, maar tot ver buiten de huidige gemeente. Soms zijn de akten in het Bosch' Protocol de enige documenten die over een bepaalde plaats, gebouw of gebeurtenis bewaard zijn gebleven. Wanneer van een plaats het eigen archief (deels) verloren is gegaan kan het Bosch' Protocol uitkomst bieden.

Omdat de bevoegdheid van de Bossche schepenen over een uitgestrekte gebied gaat is het logisch dat er veel protocollen zijn: ongeveer 350 meter documenten in totaal. Het Bosch' Protocol bestrijkt ongeveer 83 meter. De omvang is niet het enige lastige aan de bron. Tot ongeveer 1550 werden de akten in het Latijn geschreven, volgens een vast stramien en met bijzondere afkortingen en verkortingen. De gebruikte handschriften zijn ook niet makkelijk te lezen.

Deze feiten (omvang, taal, gebruikte termen en handschrift) maken het Protocol een lastige bron. Maar degene die doorzet vindt mooie pareltjes voor onderzoek naar lokale of regionale geschiedenis, onderzoek naar bezitsverhoudingen, landbouwgeschiedenis, rechtsgeschiedenis en stamboomonderzoek.

Zoeken in het Bosch' Protocol

Om te zoeken in het Bosch' Protocol ga je naar: zoeken.erfgoedshertogenbosch.nl (Kies: Index Bosch' Protocol 1501-1793.)

De indexen uit de 18e eeuw

In de achttiende eeuw zijn op het stadhuis indexen, zogenaamde ‘registers’, gemaakt over de periode 1501-1793. Het stadsbestuur was ingegaan op een verzoek van een klerk om de “secretariale Prothocollen van vorige tijden en waar van de datum seer door den anderen springen, Registers te maken”. Het stadsbestuur keurde het verzoek goed op 27 november 1739. Blijkbaar voorzagen de registers in een behoefte. In 1750 werd namelijk geconstateerd dat zaken dankzij de registers veel eenvoudiger opgezocht konden worden in de honderdduizenden akten.

De klerken noteerden per protocol in chronologische volgorde summiere informatie over de akten met een verwijzing naar het eerste folio in het protocol van de desbetreffende akte. In de beginperiode is dit voldoende: de akten zijn nog niet zo uitgebreid, op 1 folio staan soms wel 4 akten. Hoe later men in de tijd komt, hoe uitgebreider de akten worden. Ook de indexen worden uitgebreider. In het begin staat er alleen de naam van de eerstgenoemde partij in de akte, gevolgd door de rechtshandeling en een plaatsaanduiding. De plaatsaanduiding is ofwel een plaats ofwel een straatnaam (wanneer het gaat om ’s-Hertogenbosch) of ‘alhier’ (wat ook ’s-Hertogenbosch betekent) Naarmate men meer richting de 18e eeuw komt, worden de beschrijvingen door de klerken ook uitgebreider. Zo worden namen van huizen in ’s-Hertogenbosch en behalve de eerst genoemde partij ook andere betrokkenen genoemd.

De huidige index op de website

Deze bovengenoemde registers vormen de basis van de database zoals die nu beschikbaar is. De summiere informatie van de klerken is ingevoerd in 1 veld. Er zijn dus geen aparte velden voor persoonsnamen, plaatsnamen, straatnamen, namen van huizen of rechtshandelingen gebruikt. Dit betekent dat in het veld ‘globaal’ alle zoekwoorden (met uitzondering van de periode) ingevuld worden. Bijvoorbeeld ‘Liempde molen’ en in de periode 1560-1600. Is het aantal treffers te groot dan kan er binnen de zoekresultaten verder verfijnd worden, bijvoorbeeld op periode of door het toevoegen van een extra zoekterm.

Beperkingen van de index

Slechts de eerste genoemde persoon in een akte wordt genoemd.

Persoonsnamen worden in veel gevallen verkort weergegeven.

Wees bedacht op diverse spellingsvarianten. In de huidige index zijn de namen overgenomen zoals deze door de klerken zijn opgeschreven, dus niet gecontroleerd aan de hand van de originele akte in het protocol.

De plaatsaanduidingen zijn niet altijd helder en consequent: De ene keer Gestel, de andere keer Gestel bij Herlair, een derde keer Sint Michielsgestel, Rosmaele, Rosmalen, Nieuwland, Nuland enz. Ook zijn plaatsaanduidingen vaak ingekort weergegeven. In de huidige index is de schrijfwijze door de klerken overgenomen.

De klerken hadden vaak ook moeite met een goede interpretatie van de akte. Dit kan betekenen dat iemand die in de index genoemd wordt als ‘handelende partij’ in de akte een andere rol heeft.

Nog niet alle protocollen zijn via deze database doorzoekbaar simpelweg omdat er door de klerken geen registers waren gemaakt. Vrijwilligers zijn momenteel bezig om akten uit protocollen die nog niet in deze index voorkomen toe te voegen.

Advies: Bekijk altijd de originele akte voor controle van de database.

Help je mee?

In 2019 start het deelproject ‘Indicering Bosch’ Protocol 1501-1811’. Doel van dit project is via crowdsourcing indices te maken op de akten uit het Bosch’ Protocol. De crowdsourcing wordt mogelijk gemaakt via de website van Erfgoed 's-Hertogenbosch. Kijk voor meer informatie op de projectpagina: www.erfgoedshertogenbosch.nl/boschprotocol 

Meer informatie

Literatuur

Geertrui van Synghel, ‘Het Bosch’ Protocol, een praktische handleiding’ (’s-Hertogenbosch 1993).